Zesde generatie
VIa: Hermannus Josephus Henricus Suidman (Herman),
geboren te Groningen op 17 juni 1890, reiziger, trouwde te
Groningen op 15 april 1920 met Engeltje van Willigen,
geboren te Gorinchem op 8 februari 1894, dochter van Roelof
van Willigen en Engeltje van Maaren.
Huwelijk ontbonden door echtscheiding krachtens vonnis van de
Arrondissementsrechtbank te Haarlem d.d. 3 februari 1925,
ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand ingevolge
van acte van 20 april 1925.
Kind:
1. Johannes Philippus Suidman (Johan),
geboren te Amsterdam, op 8 februari 1921.zie VIIa.
Tweede huwelijk te Amsterdam met Johanna
Cornelia Maria Cramer (foto), geboren te Amsterdam
op 21 augustus 1900, overleden te Amsterdam op 7 april 1974.
Kinderen:
2. Herman Joseph Suidman (Jos), geboren te
Amsterdam op 21 augustus 1925, overleden in Korea op 1 juni 1951.
Monument
3. Theresia Suidman (Trees), geboren te
Amsterdam op 25 augustus 1926, trouwde met Cornelis Spruit,
geboren op 21 februari 1951, overleden. Woont in Wijk bij
Duurstede. Vijf kinderen: Ruud, Ron, Marja en Monique en één
dochter die de naam Suidman heeft aangenomen: Therese
Suidman (1968), getrouwd met Eric Brink, woont in
Utrecht, twee kinderen: David en Mei-Lin. Mail: eriktherese@wanadoo.nl.
4. Emerentiana Suidman (Emmie), geboren te
Amsterdam op 11 oktober 1927, getrouwd, woont in Purmerend.
5. Franciscus Suidman (Frans),
geboren te Amsterdam op 2 april 1930, timmerman, zie VIIb.
6. Philippus Alphonsus Maria Suidman (Flip,
later Pam), geboren te Amsterdam op 7 september 1933,
boekhouder, directeur. Zie VIIc.
7. Gezina Maria Suidman (Ina), geboren te
Amsterdam op 18 april 1935.
8. (Ontbrak in het document van 1954) Catharina Suidman (Toosje),
geboren op 5 november 1928, overleden aan rachitis op 4
april 1930.
In 2012 heeft Pam Suidman uitgezocht waar Herman, zijn vader,
heeft gewoond, en wat er achter de scheiding zat. Dit zijn zijn
ontdekkingen:
Zwerftocht HJH Suidman
17-06-1890 geboren in Groningen
Toen hij zeven jaar oud was, in februari 1898, overleed zijn
moeder. In datzelfde jaar
verloor hij ook twee broertjes, een tweeling, die slechts één
jaar oud zijn geworden.
Het jaar daarop hertrouwde zijn vader en kwam er dus een
stiefmoeder in huis.
25-04-1917 uit Zwolle gekomen naar de Clercqstraat 19 2hoog.
Volgens de Amsterdamse registraties
kwam hij uit Zwolle toen hij zich in Amsterdam vestigde, maar het
is onduidelijk wanneer
hij vanuit Groningen naar Zwolle is gegaan.
07-08-1917 de Clercqstraat 25
27-01-1919 naar Kerkstraat 164, Amsterdam
21-08-1919 naar s-Hertogenbosch Hinthamerstraat 46
15.04.1920 getrouwd met Engeltje van Willigen (geboren 08-02-1894):
Zie bijlage 1. Het was een gemengd huwelijk,
bruidegom RK, bruid NH.
07-09-1920 uit Meppel gekomen naar de Zeilstraat 53. Dit is ook
een vaag stuk. Amsterdam heeft
vastgelegd dat hij vertrokken is naar s-Hertogenbosch,
vervolgens in Groningen trouwde
en vervolgens via Meppel weer terugkwam in Amsterdam.
08-02-1921 geboorte Johannes Philippus in Amsterdam op de
verjaardag van zijn moeder.
05-11-1921 met vrouw en zoon naar Zandvoort, Zeestraat 41, maar:
26-11-1921 in Zandvoort ingeschreven op Zeestraat 46
29-03-1922 Engeltje verlaat Zandvoort, gaat naar Leuven p/a
Raes Hotel Royal
Dit vertrek markeerde al het einde van het huwelijk. Ze laat haar
kind Jan achter op het
adres Kerkpl 5 in Zandvoort.
19-04-1922 terug uit Zandvoort , zonder Engeltje en Jan, naar
Singel 416, maar de registratie daar
vermeld wel twee personen. (volgens de registratie in Zandvoort
is hij vertrokken naar
Haringpakkerssteeg 2).
12-06-1922 Engeltje dient een rekest in om de
echtscheidingsprocedure te mogen starten.
Zie bijlage 2. Het is onduidelijk waarom het nog tot 1025 zou
duren voor de scheiding
Juridisch ook een feit werd.
15-02-1923 Hoogte Kadijk 125
Jan is op 13-03-1923 Jan komt terug uit Zandvoort en woont dan
bij zijn
vader. Per 26-06-1923 wordt hij opgenomen in het gezin van
Hermannus Leonardus Maria
Keyser in de Tichelstraat no 23. Daar is hij op 16-01-1926
ambtshalve om onleesbare
redenen weer uitgeschreven. Het is aan te nemen dat Jan op
16-01-1926 terug is gegaan
naar zijn moeder, die toen in Leuven woonde.
25-07-1923 ingeschreven in register deel 25 blz 106 van het
zeemanshuis Kadijksplein.
Op 8 augustus 1923 overleed zijn stiefmoeder.
21-08-1923 Logementsregister zonder vaste woonplaats
25-01-1924 Warmoesstraat 30
11-06-1924 Elandsgracht 100
20-04-1925 gescheiden van Engeltje van Willigen, vonnis arr.rechtbank
Haarlem
03-02-1925, ingeschreven in Groningen 20-04-1925. Zie bijlage 3.
13-05-1925 getrouwd met Johanna Cornelia Maria Cramer
21-08-1925 geboorte Hermannus Jozephus Henricus op de verjaardag
van zijn moeder.
06-01-1926 Agatha Dekenstraat 53
Op 21-04-1926 verhuist zijn vader J.P. Suidman met zijn zuster
Gezina M.B. (tante Sien)
naar Amsterdam, maar naar waar?
28-05-1926 Bestevaerstraat 106 Zijn vader en zijn zus komen bij
hem wonen
25-08-1926 geboorte Theresia Maria
13-11-1926 tante Sien gaat op op Amstel 161 zichzelf wonen, zij
zal tot haar verhuizing
naar Velzen in 1937 ook 10 adressen aandoen.
28-12-1926 John Franklinstraat 15, zijn vader verhuist mee.
11-10-1927 geboorte Emerentiana Elizabeth Anna
05-03-1928 zijn vader gaat wonen in de Laurierstraat 185
05-11-1928 geboorte Catharina Antonia
13-03-1929 hele gezin naar Oegstgeest, Assendelftstraat 20
27-05-1929 terug uit Oegstgeest naar Elandsgracht 102 (woonhuis
opa Cramer)
01-07-1929 zijn vader verhuist naar Egelantierstraat 77. Van 11-02-1930
tot 23-09-1930
Komt tante Sien weer bij hem wonen.
29-10-1929 Siriusstraat 26
02-04-1930 geboorte Franciscus Bernardus
04-04-1930 overlijden Catharina Antonia
07-09-1933 geboorte Philippus Alphonsus Maria
18-04-1935 geboorte Gesina Margaretha Catharina
10-08-1935 HJH overleden
14-05-1936 zijn vader overlijdt in het O.L.V.gasthuis
Bron: www.stadsarchief Amsterdam.nl/indexen gezinskaarten en
woningkaarten
www.alle groningers.nl
Bijlage 1
Heden, den vijftienden April negentien honderd en twintig zij
voor mij Ambtenaar der Burgerlijken Stand der gemeente Groningen
in het openbaar, in het huis der gemeente, verschenen teneinde
een huwelijk aan te gaan:
Hermannus Jozephus Henricus Suidman, geboren te Groningen, oud
negenentwintig jaren reiziger wonende te Groningen, meerderjarige
zoon van Johannes Philippus Suidman boekhouder wonende te
Groningen en van Johanna Antonia Maria Oud overleden, en
Engeltje van Willigen, geboren te Gorinchem oud zevenentwintig
jaren, zonder beroep wonende te Amsterdam, meerderjarige dochter
van Roelof van Willigen en van Engeltje van Maaren, beiden
overleden;
De afkondiging van dit huwelijk is onverhinderd geschied alhier
en te Amsterdam, wordende hierbij mede overgelegd een toestemming
van bruidegoms vader.
Etc
dat zij door het huwelijk aan elkander
zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: 1e Tjalko Roelf Rietsema, oud
zesendertig jaren, aannemer, en 2e Fokke Arjens Hoekstra, oud
veertig jaren, handelsagent beiden wonende te Groningen.
Bijlage 2
Rekest: A A N de Arrondissements-Rechtbank te H A A R L E M
Geeft eerbiedig te kennen:
ENGELTJE VAN WILLIGEN, wettelijk wonende bij haren echtgenoot,
feitelijk verblijf houdende te Leuven (België). Ten deze
domicilie kiezende te Haarlem ten kantore van den ondergetekende,
procureur, aan den Kruisweg 61rood;
dat verzoekster op 15 April 1920 te Groningen in gemeenschap van
goederen is gehuwd met HERMANNUS JOZEPHUS HENRICUS SUIDMAN,
woonplaats hebbende te Zandvoort, uit welk huwelijk in leven is
een kind genaamd JOHANNES PHILIPPUS, geboren te Amsterdam 8
Februari 1921:
dat haar echtgenoot tijdens der partijen huwelijk vleeschelijke
gemeenschap heeft gehad met een andere vrouw dan verzoekster;
dat dit oplevert overspel en verzoekster het recht heeft
echtscheiding te vorderen;
Redenen waarom verzoekster zich wendt tot Uwe Rechtbank met
eerbiedig verzoek, nadat de E.A. Heer President haar verlof zal
hebben verleend om deze vordering bij gewone dagvaarding in te
stellen, toe te wijzen de door verzoekster te nemen conclusien,
daartoe strekkende, dat tusschen partijen 15 April 1920 te
Groningen gehuwd, echtscheiding zal worden uitgesproken;
t Welk doende enz
Proc
Haarlem, 12 Juni 1922
Op deze brief staan drie aantekeningen:
Fiat verschijning der echtgenooten op Dinsdag 13 Juni 1922
des namiddags ten 2 ure
*13 Juni: de vrouiw is verschenen, de man niet (zie zijne
verklaring dd 12-6-22 het kind aan de vrouw toe te
wijzen
ook afgifte gevraagd en toegestaan door de President
Bijlage 3
3 februari 1925 Gratis admissie Rbk. Haarlem dd. 6 Juni 1922
tusschen:
ENGELTJE VAN WILLIGEN, echtgenoote van Hermannus Jozephus
Henricus Suidman, gedomicilieerd te Zandvoort, feitelijk
verblijfhoudende te Leuven in Belgie, Eischeresse, procureur mr.
A.H.J. Merens
en
HERMANNUS JOZEPHUS HENRICUS SUIDMAN, wonende te Zandvoort,
Gedaagde, niet verschenen;
Gezien de stukken:
Gelet op het tegen den gedaagde verleende verstek;
Gehoord den Officier van Justitie in zijne conclusie, strekkende
tot toewijzing van de vordering van eischeres met veroordeling
van den niet verschenen gedaagde in de proceskosten;
Overwegende dat de eischeres bij conclusie van eisch
overeenkomstig de dagvaarding stelt dat zij op 15 april 1920 te
Groningen in gemeenschap van goederen is gehuwd met gedaagde uit
welk huwelijk is geboren te Amsterdam op 8 februari 1921 Johannes
Philippus, welk kind nog in leven is;
dat gedaagde gedurende dit huwelijk vleeschelijke gemeenschap
heeft gehad met een andere vrouw dan eischeresse;
dat eischeresse dus gerechtigd is tegen gedaagde in te stellen
eene vordering tot echtscheiding;
dat eischeresse tot het instellen van deze vordering verlof heeft
verkregen van den E.A.Heer President der Arrondissements-Rechtbank
te Haarlem op 13 Juni 1922;
Op welker gronden zij heeft geconcludeerd dat het der Rechtbank
behage bij vonnis het huwelijk tusschen partijen den 15den April
1920 te Groningen voltrokken, te verklaren ontbonden door
echtscheiding, met bepaling van plaats en tijd waarop het verhoor
bij art.284 B.W. zal worden gehouden, kosten rechtens;
Overwegende dat de vordering der eischeresse der Rechtbank noch
onrechtmatig noch ongegrond is voorgekomen en deze derhalve
behoort te worden toegewezen;
RECHTDOENDE:
Wijst de conclusie aan eischeresse toe;
verklaart het huwelijk van partijen, voltrokken te Groningen den
15den April 1920 door echtscheiding ontbonden;
Veroordeelt den gedaagde in de proceskosten, welke aan zijde van
eischeresse tot op dit vonnis worden begroot op vier en zeventig
gulden vijf cent ( f.74,05 );
Beveelt dat de ouders en bloedverwanten of aangehuwden van
voornoemd minderjarig kind zullen worden opgeroepen om voor deze
Rechtbank te worden gehoord op Dinsdag 3 Maart 1925 des
voormiddags ten 9½ ure omtrent de voorziening in de voogdij en
toeziende voogdij;
Aldus gewezen door de Heeren Mrs. Pasteur, fgd, President, Sluis
en Maclaine Pont, Rechters en in het openbaar uitgesproken ter
terechtzitting van den 3en Februari 1925 in tegenwoordigheid van
de Heeren Mrs. Hoyer, Officier van Justitie en Dijkstra, Griffier,
Bij verhindering van Mr. Pasteur geteekend door Mr. Sluis
Aant Grosse afgegeven a/d proc. v. eischeresse d.d. 12 Februari
1925
Extract afgegeven a/d gedaagde d.d. 12 Februari 1925